Wij geloven in de doop door onderdompeling, sinds de bijbel dat heel duidelijk laat zien dat het op die manier moet gebeuren, en iedereen die in de bijbel gedoopt werd, werd gedoopt door onderdompeling.
Romeinen 6:4 Wij zijn dan met Hem begraven, door den doop in den dood, opdat, gelijkerwijs Christus uit de doden opgewekt is tot de heerlijkheid des Vaders, alzo ook wij in nieuwigheid des levens wandelen zouden.
Kolossenzen 2:12 Zijnde met Hem begraven in den doop, in welken gij ook met Hem opgewekt zijt door het geloof der werking Gods, Die Hem uit de doden opgewekt heeft.
Mattheüs 3:16 En Jezus, gedoopt zijnde, is terstond opgeklommen uit het water; en ziet, de hemelen werden Hem geopend, en hij zag den Geest Gods nederdalen, gelijk een duive, en op Hem komen.
Er is dus duidelijk te zien hier dat het teken, wat er door de handeling van de doop uiterlijk te zien is, is dat iemand begraven is met Christus in zijn dood, en daarna opstaat in nieuwheid des levends.
Dit is waarom de doop door middel van onderdompeling moet gebeuren, sinds de onderdompeling die 2 tekenen laat zien van begraven zijn, en opstaan in een nieuwheid des levends.
En nog een punt is dat als Jezus gedoopt werd, dat hij uit het water opklom.
Waarom zou dat nodig zijn, als er maar een beetje water op Zijn voorhoofd gesprenkeld hoefde te worden, zoals de Katholieke kerk en al hun afstammelingen, zoals de gereformeerde gemeentes en protestanten enzovoorts doen?
Dat is niet het enige punt waarom de doop door besprenkeling niet bijbels is, en nergens in de bijbel terug te vinden is.
Er is namelijk een voorwaarde geplaatst op de doop, en die voorwaarde is: het geloof.
Handelingen 8:36 En alzo zij over weg reisden, kwamen zij aan een zeker water; en de kamerling zeide: Ziedaar water; wat verhindert mij gedoopt te worden?
37 En Filippus zeide: Indien gij van ganser harte gelooft, zo is het geoorloofd. En hij, antwoordende, zeide: Ik geloof, dat Jezus Christus de Zoon van God is.
38 En hij gebood den wagen stil te houden; en zij daalden beiden af in het water, zo Filippus als de kamerling, en hij doopte hem.
Er word dus gevraagd: wat staat er in de weg om gedoopt te worden.
Het antwoord op die vraag is: als je met je gehele hart gelooft, dan is het toegestaan.
En als hij dan gedoopt word, zien we weer dat ze beiden in het water gaan en daar de doop doen, en dus niet bij de waterkant staan en een beetje water op zijn voorhoofd doen.
Een baby gelooft nog niet, en daarom mogen baby’s volgens de bijbel helemaal niet gedoopt worden, sinds hun niet voldoen aan de voorwaarde om gedoopt te kunnen worden.
Er word dan wel gezegd dat de doop in plaats van de besnijdenis gekomen is, en dat is waar, maar wel gebaseerd op de nieuw testamentische regels, en niet op de oud testamentische regels.
De oud testamentische besnijdenis was als volgt:
Genesis 17:9 Voorts zeide God tot Abraham: Gij nu zult Mijn verbond houden, gij, en uw zaad na u, in hun geslachten.
10 Dit is Mijn verbond, dat gijlieden houden zult tussen Mij, en tussen u, en tussen uw zaad na u: dat al wat mannelijk is, u besneden worde.
11 En gij zult het vlees uwer voorhuid besnijden; en dat zal tot een teken zijn van het verbond tussen Mij en tussen u.
12 Een zoontje dan van acht dagen zal u besneden worden, al wat mannelijk is in uw geslachten: de ingeborene van het huis, en de gekochte met geld van allen vreemde, welke niet is van uw zaad;
13 De ingeborene van uw huis, en de gekochte met uw geld zal zekerlijk besneden worden; en Mijn verbond zal zijn in ulieder vlees, tot een eeuwig verbond.
14 En wat mannelijk is, de voorhuid hebbende, wiens voorhuids vlees niet zal besneden worden, dezelve ziel zal uit haar volken uitgeroeid worden; hij heeft Mijn verbond gebroken.
Dus de besnijdenis was voor al wat mannelijk is, en als het een pasgeboren kind was moest het op de achtste dag besneden worden, en als het een vreemdeling was die bij het volk Israël wilde horen, dan moest hij op diezelfde dag besneden worden.
Als je dus letterlijk zegt dat dit gebod nog steeds van kracht is, maar dat het woord besnijdenis door het woord doop vervangen word en ook de daad van besnijdenis naar een beetje water op het voorhoofd besprenkelen is verandert, waarom worden er dan meisjes gedoopt in de gemeentes die de besprenkeling voor baby’s leren?
Want er staat duidelijk dat de besnijdenis alleen voor “al wat mannelijk” is, dus het vrouwelijke geslacht had helemaal geen deel in het gebod van de besnijdenis uit het oude testament, wat hun nu als de doop omgevormd hebben.
Daarom moeten wij helemaal niet kijken naar het oude testament als het gaat om de doop sinds het nieuwe testament de doop instelt en daar worden alle voorwaarden voor de doop bekend gemaakt, net als in het oude testament alle voorwaarden voor de besnijdenis gezegd werden.
De doop kan ook niet de zonden wegwassen zoals sommigen geloven, maar is alleen bedoeld als een uitwendig teken, om te laten zien dat hetgeen je gelooft, en wat er van binnen verandert is, bekrachtigt word met een uitwendig teken, door middel van de doop.
1 Petrus 3:21 Waarvan het tegenbeeld, de doop, ons nu ook behoudt, niet die een aflegging is der vuiligheid des lichaams, maar die een vraag is van een goed geweten tot God, door de opstanding van Jezus Christus;
Abraham werd op dezelfde manier gerechtvaardigd, uiterlijk, voor de mensen.
Romeinen 4: 9 Deze zaligspreking dan, is die alleen over de besnijdenis, of ook over de voorhuid? Want wij zeggen, dat Abraham het geloof gerekend is tot rechtvaardigheid.
10 Hoe is het hem dan toegerekend? Als hij in de besnijdenis was, of in de voorhuid? Niet in de besnijdenis, maar in de voorhuid.
11 En hij heeft het teken der besnijdenis ontvangen tot een zegel der rechtvaardigheid des geloofs, die hem in de voorhuid was toegerekend: opdat hij zou zijn een vader van allen, die geloven in de voorhuid zijnde, ten einde ook hun de rechtvaardigheid toegerekend worde;
12 En een vader der besnijdenis, dengenen namelijk, die niet alleen uit de besnijdenis zijn, maar die ook wandelen in de voetstappen des geloofs van onzen vader Abraham, hetwelk in de voorhuid was.
13 Want de belofte is niet door de wet aan Abraham of zijn zaad geschied, namelijk, dat hij een erfgenaam der wereld zou zijn, maar door de rechtvaardigheid des geloofs.
Dus we zien duidelijk dat de besnijdenis een uitwendig teken was, van de rechtvaardigheid die Abraham al had, voordat hij ooit besneden werd.
Dus Abraham was al gerechtvaardigd in zijn onbescheidenheid, en dat komt omdat onze rechtvaardigheid niet op de besnijdenis of op de doop rust, maar op het geloof.
Daarom is Abraham een vader van de besnijdenis en van degene die onbesneden zijn sinds hij beide gedaan heeft door geloof.
De uitwendige tekens van de doop en besnijdenis zijn niet tot redding, sinds de bijbel dat laat zien in hetzelfde hoofdstuk:
Romeinen 4:1 Wat zullen wij dan zeggen, dat Abraham, onze vader, verkregen heeft naar het vlees?
2 Want indien Abraham uit de werken gerechtvaardigd is, zo heeft hij roem, maar niet bij God.
3 Want wat zegt de Schrift? En Abraham geloofde God, en het is hem gerekend tot rechtvaardigheid.
4 Nu dengene, die werkt, wordt het loon niet toegerekend naar genade, maar naar schuld.
5 Doch dengene, die niet werkt, maar gelooft in Hem, Die den goddeloze rechtvaardigt, wordt zijn geloof gerekend tot rechtvaardigheid.
Wij geloven ook niet in een “Alleen Jezus” doop zoals de pinkstergemeentes dat doen, waar er gezegd word dat alleen Jezus de naam van God is, en dat de Vader en de Heilige Geest niet de echte namen van God zijn.
Wij verwerpen dat volledig, en staan ook niet achter hun “éénheidsleer”, maar geloven dat God een drie-enig God is, en baseren ons daarom op wat Jezus zei tegen zijn discipelen, toen Hij hun uitzond in Mattheus 28.
Mattheus 28:19 Gaat dan henen, onderwijst al de volken, dezelve dopende in den Naam des Vaders, en des Zoons, en des Heiligen Geestes; lerende hen onderhouden alles, wat Ik u geboden heb.
© 2020 Righteous Remnant NL